zondag 11 december 2011

Matige film review: Jennifer's body

Ik kijk weinig films. Naast lezen van krant, internet en boeken , is een film van anderhalf uur een grote hap uit mijn tijd. TV-series zijn een meer behapbaar vertier. Maar natuurlijk zijn er altijd films die mijn interesse wekken. Meestal vanwege hun grote schare fans, soms ook om meer irrationele redenen.

Jennifer's body heeft wel de meest vergezochte reden. Ik kan in de titel niet anders zien dan een verwijzing naar het gelijknamige nummer van Hole. Nou weet ik dat Hole voor de meesten niet meer is dan de band van de weduwe van. Ik geef direct toe dat Courtney Love als persoon weinig sympathiek is en tegenwoordig voornamelijk aantoont dat zelfdestructief gedrag alleen glorierijk is als je er op je 27ste aan overlijdt. En dat Hole niet net zo goed is als Nirvana, alsof we niet dagelijks intens genieten van geweldige bands die niet zo goed zijn als Nirvana. Maar Hole was tijdens hun gloriealbum Live through this gewoon een goede band. Denk gewoon even het bestaan van mevrouw Love weg en voilá: goed album. Als je tenminste van zeer deprimerende rock houdt.

Na deze zwakke reden gegeven te hebben voor het kijken Jennifer's Body, kon het nog steeds een redelijke film zijn. En ik moet zeggen, hij is niet slecht. Helaas betekend dit alleen de absentie van onaangenaamheid...

Jennifer, de knapste meid van de school (en  Megan Fox is tot saaiheid verworden perfectie) en de "lelijke" nerdy girl Needy (Amanda Seyfried die met een lompe bril en saaie kleren doet alsof ze lelijk is) zijn al sinds de zandbak vriendinnen. Waarbij Needy de onderliggende partij is. Totdat Jennifer door leden van een lokale band ontvoerd wordt en geofferd aan Satan in een poging om de band door te laten breken. Gezien de "muziek" die zij produceren is eigen kracht wat veel gevraagd. Helaas blijkt Jennifer geen maagd meer (big suprise) en raakt bezeten door een demoon. En nu eet ze jongens. Dit brengt een zekere spanning in de vriendschap met Needy.

Mocht dit klinken als de moeite waard, vergeet het maar. Jennifer's body probeert door te gaan voor een donkere comedy maar het duurde even tot dit feit tot mij doordrong. Voor horror vond ik het al heel gauw te lichtvoetig, maar ik kon niets echt grappigs eraan ontdekken. Het had de toon van een ironische satire, maar dan één zonder onderwerp om af te zeiken. Het bleef daardoor in het luchtledige hangen en ik kon er niet om lachen. Satire zonder content is als een boeketreeks-roman zonder romance. Er had misschien wat gedaan kunnen worden met de dynamiek tussen de twee hoofdrolspelers, maar deze waren ook te platte karikaturen om te werken. Sympathiek waren ze geen van beide.

Dus dan blijft over een hele tamme horror-film zonder diepgang, samenhang en met een paar grappen die niet echt werken. Maar nergens werd het erg genoeg om de irritatie te wekken. Pas nu ik probeer te omschrijven wat de film nou eigenlijk wil, merk ik pas hoe slecht hij is. Volgens mij wisten ook de makers niet wat ze nou aan het maken waren.

En de verwijzing naar Hole komt pas aan het eind van de film, maar ook dan speelt niet het titelgevende nummer Jennifer's body, maar Violet. Is ook een mooi nummer.

Mijn advies: sla Jennifer's body gerust over en geef Live through this een paar intensieve luisterbeurten. Had ik al jaren niet meer gedaan en bevalt mij prima.

zondag 4 december 2011

Lezerscrawl

Lezen kost tijd, internet kost tijd, bloggen kost tijd, werken kost tijd, slapen kost tijd, tv kost tijd (en hersenen), krant kost tijd.

De reden dat ik al tijden geen recensie heb geplaatst is niet zozeer tijdgebrek, maar dat ik gewoon maar één boek uitgelezen heb, waarvan het vervolg spoedig ook gelezen wordt. De recensie volgt dan wel.

En natuurlijk heb ik Marx Kapitaal ook nog geleend van mijn huisgenoot. Dus vanavond gaat de PC vroeg uit en ga ik gewoon de hele avond lezen.

dinsdag 22 november 2011

De man van de importbruid

Toen ik naar de ingang van de supermarkt liep, moest ik om twee mensen heenlopen. Het leek net alsof de ene, die met de rug naar mij toestond, bezig was om bij de andere iets aan de kleren te verstellen. Ik hoorde een vreemde rochelende kreet en de twee liepen uit elkaar, de rochelaar naar de krantenstand, de andere naar de winkelwagens.

Pas op dat moment, werd mij duidelijk hoe de rolverdeling tussen de twee was. De man en zijn importbruid.

Ik heb het wel vaker herkend: de timide aziatische importbruid met haar man, die overduidelijk 20 jaar ouder of meer is en zelfs naar de maatstaven van de minst veeleisende Nederlandse vrouwen weinig aantrekkelijk. Maar dit was een bijzonder exemplaar, vanwege zijn kleding. En dit wordt één van de weinige keren dat ik kleding becommentarieer. Maar echte kledingkenners kunnen deze omschrijving niet zonder dodelijke allergieën overleven.

Zijn schoenen zijn mij helaas ontschoten, maar laten we maar naar boven gaan. Die ouderwetse geweven wollen opa-broek, vele maten te groot (en nu bedenk ik mij dat dit de reden was dat ik mij de schoenen niet meer kan herinneren) en een wit overhemd. Hij droeg een dik lint om de nek, waaraan iets vierkants hing, dat waarschijnlijk de afstandsbediening voor zijn vrouw was, dat met het karretje achter hem aanliep. Okee, het leek meer op een groot auto-logo.

Maar één kledingstuk zal ik nooit meer vergeten. Een kikkergroen vest dat openhing. Waarom denken mensen dat iets met knopen open kan hangen? Mijn gedachte was niet: "Hoe kom je op het idee om dat aan te trekken?" maar "Waar koop je een dergelijk geval?" Zelfs de meest verstopte vintage-winkel legt dat meteen in de zak van Max, die het naar de derde wereld stuurt, waar het wordt weggegooid door de ongelukkige die het van een ontwikkelingswerker in de hand gedrukt krijgt.

Als je George Clooney en Brad Pitt naast mij neerzet in die kleren, is er een vette kans dat veel vrouwen toch voor mij gaan kiezen. Scheelt dat ik aan de goede kant van gemiddeld zit met mijn kop.

Ik heb mij vaak afgevraagd hoe diep je wel niet moet zinken om een importbruid te nemen.

Conclusie: in kledingsmaak heel diep.

maandag 31 oktober 2011

Vervrouwelijking van het boekenaanbod

Ik weet dat tegenwoordig de kranten vol staan over ontlezing en het verdwijnen van de boekwinkel. Nou ben ik normaal cynisch over dit soort paniek, mensen blijven lezen en in mijn optiek tellen ebooks ook mee. Maar toch loop ik tegen een aanwijzing aan die voor mij doet vrezen dat er toch wel iets aan de hand is.

Het boekenaanbod vervrouwelijkt. Het  valt nog te ontkennen in de echte boekwinkel, maar een kantoorboekhandel toont dit meedogenloos aan. Ik beschouw mezelf niet als een gegenderde lezer. Ik lees wat ik goed vind, en naar mijn mening is een goed boek er één dat geen doelgroep heeft. Dat neemt niet weg dat er altijd boeken zijn met een grotere aantrekkingskracht voor een bepaalde sekse. Voor vrouwen de ontroerende roman, chicklit en de detective (meer mysterie dan gemoord). Voor mannen de thriller (meer gemoord, dader bekend) en avonturenroman.

En kijk maar wat er ligt als je bij de kantoorboekhandel om de hoek gaat kijken: de overgrote meerderheid van de boeken zal door een vrouw gelezen worden, maar het aantal boeken dat zelden door een vrouw opgepakt wordt is al bijna verdwenen.

In de speculatieve genres blijkt hetzelfde effect aanwezig. Science-Fiction heeft altijd meer jongens aangesproken dan meisjes en dit genre is zoals iedereen weet voor Nederlandse uitgevers dood. Fantasy wat een gemengd publiek aantrekt gaat uitstekend. Horror blijft beperkt tot supernatural romance, wat absoluut voor een vrouwelijk genre is.

Die pulperige blaadjes die je vroeger naast de boeketreeks aantrof als mannelijk equivalent van die troep. Heeft zijn verdiende aftocht gemaakt...

... en heeft geleid tot een verdubbeling van de troep voor vrouwen.

Ik wil niet zeggen dat de apocalyptische verwachtingen van de ontlezing zo erg gaan worden als doemdenkers beweren. Maar mij is duidelijk dat mannen massaal zijn afgehaakt.




woensdag 19 oktober 2011

De schaduw van de wind door Carlos Ruiz Záfon

Ik heb jarenlang weinig literatuur gelezen. Na een beetje uitgekeken te zijn op de navelstaarderige literaire scene in Nederland, kan dit mij niet kwalijk genomen worden. Elk Nederlands boek kan je in essentie gemakkelijk zelf meegemaakt hebben, op het gemak waarmee vrouwen zich vol begeerte op de hoofdpersonen storten na. Weinig enerverende kost dus, hoewel ik niet wil uitsluiten dat er uitzonderingen op deze regel zijn.

Maar alleen maar SF, fantasy en horror is ook weer eenzijdig en daarbovenop wil ook ik serieus genomen worden als lezer. Iedereen om de oren slaan met de mededeling dat er best intelligente romans in deze genres te vinden zijn, is aanzienlijk minder geloofwaardig als je al vele jaren nauwelijks wat anders gelezen hebt. Nu kan ik met veel meer gezag zeggen dat mijn smaak goed is.

Dit betekend echter wel dat ik de geschikte boeken erbij moet vinden. Ik zit echt niet te wachten op weer een boek over een man van middelbare leeftijd die na zijn scheiding een oogje heeft op zijn buurmeisje. Hoe het komt dat Nederlandse auteurs niet als vieze mannetjes weggezet worden snap ik niet. Misschien komt het doordat literaire prijzen voornamelijk naar mensen gaan die ellenlange introspectieve boeken schrijven over mannen van middelbare leeftijd. De jury wil misschien ook wel geilen op het buurmeisje.

Buitenlandse auteurs leveren gelukkig veel interessantere verhalen op. Komt misschien doordat je in andere landen  geacht wordt een boek te schrijven dat andere mensen willen lezen.

In het geval van De schaduw van de wind, door de Spaanse auteur Carlos Riuz Záfon, levert dat een boek op dat me letterlijk mee zoog in zijn wereld. Het is een tijd geleden dat ik een boek gelezen heb waarbij ik de distantie verloor die ik meestal toch wel heb bij het lezen. Die distantie is meestal niet erg, het helpt me om over de tekst na te denken. Maar het is een apart soort verhalen die mij een adrenaline-rush bezorgen, een ervaring die ik extra apprecieer.

Het gaat over de jeugd van Daniel Sempere, de zoon van een boekhandelaar uit Barcelona, en zijn obsessie met een onbekende schrijver. Als tienjarige jongen wordt hij door zijn vader meegenomen naar een enorme geheime bibliotheek. Daar worden alle boeken bewaard die ooit verloren zijn gegaan. Op het verzoek van zijn vader kiest hij één boek uit. Dat wordt De schaduw van de wind van Julian Carax. Nadat hij het uit heeft weet hij dat hij meer wil lezen van deze schrijver. Maar al spoedig blijken andere werken onvindbaar en schijnt er iemand op jacht te zijn om de laatste exemplaren van Caraxs boeken te verbranden.

Daniel laat zich hierdoor echter niet weerhouden om in de jaren dat hij opgroeit te zoeken naar het verhaal achter Carax. Maar naarmate hij meer weer, des te gevaarlijker lijkt zijn speurtocht te worden. Daniel wordt echter gedreven door zijn obsessie om te weten, ook lijkt het hem zijn leven te gaan kosten...

De schaduw van de wind is dus een roman met een thrillerachtig plot, maar het is zeker meer dan dat. Ik heb een groot deel van de zijlijnen nog weg gelaten. Het boek heeft af en toe iets van een raamvertelling, doordat er regelmatig vanuit het standpunt van een ander een verhaal wordt verteld zonder dat Daniel alles kan weten en dat toch via Daniel verteld wordt.

Grappig ook omdat Daniel ondanks zijn beschouwingen op zichzelf soms niet alles over zichzelf ziet, wat de lezer wel kan zien. Ook werkt het dat de hij koppig doorgaat in zijn speurtocht, niet uit moed, maar uit stompzinnige obsessie. De andere personages blijven echter hun eigen ondoorgrondelijkheid houden, maar dit lijkt erop dat Daniel ze niet helemaal begrijpt. Barcelona is een personage op zichzelf, al is het jammer dat ik de stad en de genoemde plaatsen niet kende. Er ging daardoor een dimensie verloren.

Het mysterie blijkt, mede dankzij de soms lugubere zijsprongen, zeer de moeite van het wachten waard. Ook is er, als de aanloop naar de climax genomen wordt, een geweldige opmerking die je zeker wakker zal schudden als je nog niet geboeid was.

De schaduw van de wind is één van die ouderwets spannende boeken, die voor echt iedereen zijn.




zaterdag 1 oktober 2011

Afscheid van 16 jaar

Gisteren tot het einde naar Kink FM geluisterd. Ik heb daarbij zelfs een klein beetje gehuild. Ik ben geen regelmatige huiler, maar het verdwijnen van het enige radio-station dat zich richt op de liefhebber van de betere pop-muziek is een droeve gebeurtenis.

Gelukkig is er door internet gelukkig nog een mogelijkheid om nieuwe muziek te ontdekken. Een mogelijkheid die er 16 jaar geleden bij de oprichting van Kink niet was. Maar dit is slechts een pleister op de wond.

Ik kom er wel weer overheen; ik moet toegeven dat ik ook wel een paar jaar nauwelijks naar Kink geluisterd heb, dus ik weet dat ik zonder kan. En er wordt al gewerkt aan een spirituele houtje-touwtje opvolger: pinguinradio.

Hierbij wens ik de medewerkers en de echt trouwe luisteraars van Kink heel veel sterkte met het verwerken van hun verlies.

zondag 18 september 2011

To say nothing of the dog van Connie Willis


Ik merk goed dat een blog iets is waar je tijd voor moet vrijmaken. Mijn productie is de laatste maanden abominabel. Ik ga kijken of ik dit kan verhelpen, want hoewel ik geen dagelijkse woordendiarree uit wil braken is dit wel wat erg weinig.

Connie Willis heeft vele Hugos en Nebulas gewonnen, maar mijn eerste aanvaring (pun unintended, later noticed) met haar boek Passage was wat ongelukkig. Na 150 pagina's meligheid zonder ook maar enige voortgang in het verhaal was ik het grondig zat en legde het op de stapel miskopen. Er was dan ook een verjaardagskado voor nodig om mij weer over de streep te trekken en weer wat van haar te lezen. Mijn mening over Passage blijft staan, maar ik ben inmiddels overtuigd van de kwaliteiten van Willis.

To say nothing of the dog is een tijdreis-komedie. Een romantische tijdreiskomedie zelfs,..

(Hee, blijf hier!! Het is niet zo erg als het klinkt.)

...waarmee het één van de weinige romantische boeken is die ik zal lezen in mijn leven.

Niet dat ik niet romantisch ben, maar de meeste boeken die draaien om het vinden van de ware liefde zijn geschreven door mensen die alleen het talent hebben om grammaticaal correct zinnen achter elkaar te rammen op een toetsenbord. (Waarmee ze betere fictieschrijvers zijn dan ik, maar ik noem mezelf ook geen schrijver) Plot en karakters zijn helaas niet aan hun besteed. Connie Willis is een echte schrijver en begrijpt dat ook een boek over het vinden van de ware moet voldoen aan de regels van een fatsoenlijk boek. Dus een solide verhaal, goede karakters en geen ellenlange beschrijvingen van omhelzingen, begeleidt met proza dat paars is van de bijvoegelijke naamwoorden. Vrijwel geen romantische crap draagt bij aan de romantische strekking, ik leer telkens wat bij over schrijverschap.

Onironische Jasmijnreeks-lezeressen (ik verwacht geen Jasmijnlezers met een piemel) kunnen dus wegblijven.

Iedereen die wel van een goed boek houdt moet dus nog even blijven:

In de 21ste eeuw is het tijdreizen ontwikkeld en op stoffige, ondergebudgetteerde wetenschappelijke instituten (volgens goed neoliberaal gebruik) worden door historici exploraties gemaakt in het verleden. De gevreesde paradoxen blijven uit doordat het verleden zichzelf zoveel als vrijwel altijd corrigeert.

De historicus Ned Henry is op zoek naar een oerlelijk object dat nodig is voor een krankzinnige restauratie van de in de tweede wereldoorlog verwoeste kathedraal van Coventry, in Oxford. Ik zei krankzinnig. Hij wordt echter van zijn werk afgehaald vanwege time-lag, een toestand van verwarring veroorzaakt door teveel tijdreizen. Maar omdat een andere historicus, de aantrekkelijke Verity Kindle, een kat uit de victoriaanse tijd heeft gehaald, moet hij meteen op pad om het terug te brengen. Helaas begrijpt hij zijn opdracht niet en verknalt deze. En nu is de verkeerde man de verkeerde vrouw het hof aan het maken. Alle tekenen wijzen erop dat het verleden daardoor een paradox te verwerken krijgt, die zijn zelf-corrigerende vermogen te boven gaat. Tenzij ze de juiste kerel weten te vinden en te verenigen met de juiste geliefde...

Een historicus als grote anti-held is voor mij een aangename verrassing. Wij redden namelijk zelden de wereld, kijk maar naar Rutte, Balkende en Verhagen. Gelukkig kunnen wij wel katten terugbrengen naar het verleden. Hadden bovenstaande heren dat maar gedaan...

To say nothing... is erg meta, verwijzingen naar victoriaanse en detectives uit de Agatha Christie-tijd vliegen je om de oren. Helaas is er waarschijnlijk heel wat langs mij heen gegaan, maar ik vermaakte mij wel met wat ik wel meekreeg. Historische fouten trof ik er niet in aan, zij het dat ik mij weinig zorgen kon maken om een geslaagde Duitse invasie van Engeland in 1940. (Voor belangstellenden: een uitgebreide beschrijving van alle hilarische redenen waarom Seelöwe voor de Duitser slecht afgelopen zou zijn. ) Maar het is weer een reden om een link te plaatsen waar erg hard om gelachen kan worden.

Ik kon wel vaak glimlachen om de geweldige grappen, die je soms net niet over het hoofd ziet. Geeft altijd een leuk superioriteitsgevoel. En de uitleg van paradox zelfhulp door het verleden is interessant voor de sf-nerds onder ons.

Connie Willis is dus wel degelijk een goede schrijfster die ik van harte kan aanraden, mits je Passage aan je voorbij laat gaan.

zondag 14 augustus 2011

Iets om naar uit te kijken.

Mijn vader had vroeger boeken van Mika Waltari in de kast, die hij echt goed vond. Mika wie? Nou die wereldberoemde Finse bestseller-auteur. Die al jaren niet meer is uitgebracht...

Er is een gruwelijk feit voor liefhebbers van boeken: 95% van alle schrijvers wordt nooit meer uitgegeven na hun dood. En reken er maar op dat van die 5 procent er hoogstens een paar meer dan een enkele druk van een klassieke roman krijgen. En ook van veel levende schrijvers wordt alleen het echt goed verkopende werk meerdere malen herdrukt.

Dat is natuurlijk logisch, omdat het nauwelijks meer commercieel rendabel is om een heruitgave van een dode schrijver te geven. Bij matige verkoop liggen er geen toekomstige kopers van volgend materiaal in het verschiet. En bij een levende schrijver kan men altijd overgaan op een nieuwe druk als het boek de winkels per ongeluk toch uitvliegt.

Natuurlijk raken vele schrijvers terecht in vergetelheid, maar helaas zijn andere schrijvers ook slachtoffer van de veranderende smaak van het publiek. Zo verdween met de instorting van de horror-markt in de jaren '90 elke prikkel om nieuwe horror-schrijvers te introduceren, laat staan klassiekers tussen de moeizaam verkopende nieuwe boeken te gooien.

In Nederland is Science-Fiction het slachtoffer van de populariteit van Fantasy geworden, al die geweldige nieuwe schrijvers die ik lees zijn slechts bekend bij diegenen die Engels lezen.

Tweedehands boeken bieden de kans om die verdwenen boeken toch te lezen, maar je moet er maar tegenaan lopen. En schaarse klassiekers zijn echt erg duur voor een tweedehands. Verder zijn complete series een kwelling om bij elkaar te krijgen. (Heeft er iemand trouwens het eerste deel van de Duncton-Saga te koop? Ik heb verder alle delen, maar ik kan er niet aan beginnen vanwege dit ontbrekende deel.) Bovendien vind ik het soms enigszins onsmakelijk wat vorige eigenaars er voor vage vlekken in achterlaten. Ik ben blij dat ik geen erotica lees, want ik wil geen geslachtelijke sappen in mijn boek aantreffen. Om nog maar te zwijgen van boeken die een paar weken moeten luchten omdat de vorige eigenaar rookte.

Gelukkig is er voor SF-liefhebber binnenkort de mogelijkheid om de schade in te halen. Gollancz gaat een enorme backlog aan klassiekers op E-book uitbrengen. The Science Fiction Gateway belooft een indrukwekkende lijst aan schrijvers, waarvan vele waar ik weliswaar van gehoord heb, maar maar zelden een gedrukt boek van gezien heb. Kan ik er eindelijk achter komen of de Dorsai romans zo goed zijn als ik gehoord heb. En wat Frank Herbert naast Dune schreef. En Gene Wolfe New Sun-reeks lezen nu ik er volwassen genoeg voor ben.

Meer nog, andere van dergelijke initiatieven kunnen hetzelfde doen voor vele andere schrijvers. Alle vergeten juweeltjes uit zowel literatuur als genre kunnen weer worden uitgebracht voor minimale investeringen. Alles dat nodig is, is een E-book file en genoeg winst om een site te kunnen laten draaien. Royalties komen bij verkoop wel binnen en bieden kleine extraatjes aan schrijvers, of erfgenamen, die er anders helemaal niets meer van hun pennenvruchten terugzien.

Kan ik misschien toch eens Mika Waltari lezen.

zondag 24 juli 2011

Polarisatie met bijwerkingen

Ik bespeur al een tijdje een opvallend patroon bij media, vooral rechtse commentatoren. Een moslim die zijn ex-vriendin vermoord pleegt eerwraak vanwege zijn cultuur. Een Nederlander die hetzelfde doet is een gestoorde gek.

De gruwelijke aanslagen in Noorwegen volgen hetzelfde patroon. Toen iedereen dacht dat het moslims waren, kon men rechts op geenstijl horen krijsen om die moslims er nou eens eindelijk uit te gooien. En die reacties veranderden toen bleek dat het niet alleen een blanke man was, maar dat hij ook Wilders zag zitten. Zijn politieke kleur is nu volledig irrelevant, het is opeens een verdwaalde gek.

Een verdwaalde gek die zich jarenlang heeft voorbereid op twee simultane aanslagen en zelfs zijn arrestatie gepland had. Dit is heel erg moeilijk voor één man om voor elkaar te krijgen en vergt zeker een heldere kijk op de wereld. Deze man is geen warhoofd en is niet even een keer geflipt, deze man is net zo berekend meedogenloos als een Bin Laden.

Maar waarom is bij een moslim zijn politieke achtergrond wel relevant, maar bij deze man opeens niet. Omdat dit voor sommige mensen opeens wel erg dicht bij hun eigen politieke mening komt? Een mening waarin linksmensen een soort domme personen zijn, die alle ellende met moslims hebben binnengehaald? Dat is het discours dat ik namelijk steeds hoor. Het is dan voor de meer amorele personen onder ons een kleinere stap om er wat aan te gaan doen.

In wetenschap geldt altijd dat gelijke gevallen onder gelijke noemers horen te komen. Ik zie dit als een daad van politiek terrorisme en het is sommige mensen jammer dat het uit de eigen groep komt, maar dat is iets waar zij zelf maar mee moeten leren leven. Radicaliteit ontstaat daar waar polarisatie is en het is de verantwoordelijkheid van de eigen pool om die radicaliteit niet te voeden.

zondag 17 juli 2011

Bauchelin & Korbal Broach door Steven Erikson


Steven Erikson schrijft voor fantasy behoorlijk dikke boeken. Zijn Malazan Book of the Fallen is een tiendelige serie, waarvan vrijwel alle delen boven de 1000 pagina's komen. Als tot je doordringt dat hij ook erg compact en efficiënt schrijft dan weet je dat het erg veel van de lezer vergt om er doorheen te komen. Ondanks de enorme kwaliteit van zijn werk zal ik het dus niet zomaar aan iemand aanraden. Tenzij je van fantasy houdt en het niet erg vind om af en toe te moeten puzzelen wie die bijfiguur ook alweer is.

Gelukkig heeft Steven Erikson de gewoonte opgevat om ook nog een serie bescheiden novelles ernaast te schrijven, die over de necromancers Bauchelain en Korbal Broach gaan. (Blood Follows, The Lees of Laughter's End, The Healthy Dead) Deze waren alleen maar in een small-press uitgave te vinden, maar gelukkig zijn de eerste drie delen gebundeld in een reguliere uitgave.

Door de drie los van elkaar te lezen novelles zwerven de drie hoofdpersonen: Bauchelain, een wat doodse, lugubere figuur, die alle vooroordelen over zijn beroepsgroep bevestigd. Zijn vriend en tegenhanger Korbal Broach, die aanvankelijk juist een joviale indruk maakt op iedereen die hem tegenkomt. Dit stel houdt er een dubieuze moraal op na, die meestal slechts gered wordt door hun tegenstanders, die nog een tikkie slechter zijn. Aangezien ook necromancers hun koffers moeten inpakken, heeft Broach Emancipor Reese ingehuurd als dienaar. Deze Reese is een echte loser, ondanks zijn behoorlijke kwaliteiten. Zijn vrouw is een feeks en elke baas waarbij hij in dienst gaat stierf al gauw. Hij was dus wanhopig op zoek naar een baan en is al gauw wanhopig op zoek naar een uitweg uit zijn nieuwe baan, bij voorkeur levend. Maar de betaling is uitstekend, dus zijn kinderen, die vreemd genoeg erg lijken op zijn beste vrienden, kunnen zorgeloos opgroeien.

Net als zijn grote serie geven de novelles een beeld van het veelzijdige talent van Erikson, waarbij hij hier wel de nadruk legt op de vrolijke elementen. Waar The Malazan Book of the Fallen heel naar kan worden, maken deze verhalen je vooral vrolijk. Neemt niet weg dat The Lees of Laughter's End behoorlijk grimmig is. The Healthy Dead is een geweldige satire op onze gezondheidscultus.

Ik heb echter wel een kleine irritatie. Hoewel het eerste verhaal een goede introductie is en het tweede deel een direct vervolg hierop, is het derde deel een sprong in de toekomst. Kan ik mee leven, ware het niet dat deel twee eindigt met een nieuwe benarde situatie voor onze hoofdrolspelers en deze dus geen resolutie kent.

Nou dus hopen dat Erikson dit gat voor mij wil oplossen.

zondag 22 mei 2011

En dit was het...

Het einde van de wereld?

Vond ik een klein beetje tegenvallen.

Op naar 2012.

donderdag 5 mei 2011

In silent graves door Gary A. Braunbeck


Als liefhebber van horror ondervind ik maar al te vaak dat de enige aanwezige horror het schrijftalent van de auteur is. Gelukkig viel het deze keer heel erg mee. Als er één klacht over In Silent Graves is in te dienen, dan is het dat het geen horror is, maar meer een fantasy-roman die een sterke maag vergt.

Ik moet zeggen dat ik mijn bedenkingen had, toen ik merkte dat één van de blurbs op de cover van de vrouw van Gary A. Braunbeck was. Ja, die heeft ook een review-site. Verder was er nogal een pompeus voorwoord aan het begin van het boek gezet, dat ik natuurlijk moest negeren omdat ik misschien teleurgesteld kon raken.

Het boek gaat over de nieuwslezer Robert Londrigan, die op een nacht zijn vrouw ziet overlijden aan een miskraam. Om het nog erger te maken wordt het lichaam van zijn doodgeboren dochter ook nog geroofd uit het mortuarium door een geheimzinnige verminkte man. Deze schokkende ervaringen zouden genoeg moeten zijn om iemand gek te maken en Robert vertoont inderdaad steeds ernstigere tekenen van gekte in de dagen erop.

Hij ziet oude liefdes onder vreemde omstandigheden en krijgt regelmatig bezoek van de verminkte man. Maar echte horror wil het niet worden. Donker is het zeer zeker en bij vlagen best grafisch maar het gebrek aan een slechterik geeft het verhaal een tamheid die het beter had gemaakt als fantasy. Toch heeft het wel een paar momenten die zeer gruwelijk zijn, vooral als de ontknoping bereikt wordt en Londrigan een aantal nare keuzes moet maken. Ik vond het verontrustend dat ik begrip had voor die keuzes. Dit is een goede prestatie van de schrijver, meestal heb ik namelijk teveel principes om hierin mee te gaan. En misschien was het doel van Braunbeck om het boek te schrijven vanuit de monsters.

Hoewel niet de topper die mij beloofd werd door mevrouw Braunbeck en de inleiding, is In silent graves een puike roman, die zeker de moeite van het lezen waard is.

woensdag 27 april 2011

Claire Boatcare...

Ik weet het, lang geleden...

Maar nu wil ik graag even aandacht voor Claire van Boatcare.

Of liever, voor een zeer trieste serie reclames, die de geschiedenis horen in te gaan.

Dus linken maar...





Claire, weet dat je tot aan je dood achtervolgt gaat worden door vrienden en familie met deze klus.

maandag 7 maart 2011

Six moon dance


Sheri S. Tepper is een science-fiction schrijfster die me altijd doet denken aan Ursula LeGuin. Natuurlijk heeft ze net als LeGuin haar wortels in het feminisme en de social studies-sf van de jaren zestig, zeventig zitten. Toch is een verschil: waar LeGuin een ingetogen, literaire benadering heeft, gaat Tepper meer voor een avonturen-format. En ook soms iets te prekerig wordt. Neemt niet weg dat haar Grass een klassieker is.

Gelukkig valt het in Six Moon Dance heel erg mee. Het is een aangename comedy of manners met een goed uitgewerkt plot.

Op de planeet Newholme is door een mysterieuze omstandigheid het aantal mannen veel groter dan vrouwen. Het resultaat is dat een dochter een waardevol bezit is door de bruidsschat die zij opbrengt. Dit leidt tot een matriachale samenleving. Mouche is een jongen die verkocht wordt aan een huis dat mannelijke courtisanen (ja, ik heb er ook geen mannelijk woord voor) opleidt en hij is de hoofdrolspeler en jammer genoeg een Mary Sue.

Verder wordt veel werk verricht door de Timmies, een inheems ras. Dat laatste is een probleem omdat aanwezigheid van intelligent leven, volgens intergalactische normen, betekend dat de planeet verlaten moet worden. Iets dat misschien toch wel noodzakelijk is nu er steeds meer aardbevingen en vulkaanuitbarstingen zijn. En de Questioner, een menselijke robot die planeten in overtreding zwaar bestraft, is net onderweg. Met een paar dansers.

Tepper is in vorm in dit boek. Veel verhaallijnen, een dreigende ondergang en een mysterie dat opgelost moet worden om een ramp te voorkomen. Dit gedeelte is onderhoudend genoeg om het boek te dragen.

Jammer genoeg is de hoofdrolspeler er eentje die door iedereen net iets te geweldig wordt gevonden en drukt hij op het laatst de andere karakters weg. Losse eindjes en de vraag waarom die karakters er nou in zaten, zijn het gevolg. Toch bieden hun verwikkelingen genoeg vermaak om dit smetje te vergeven

Ik raad het aan als amusant leesvoer, maar het is geen meesterwerk. Ik hoop ooit een werk van Tepper te vinden dat aan Grass kan tippen.

donderdag 3 maart 2011

Never judge a book...

De laatste tijd ben ik gefascineerd geraakt door de voorkant van boeken, vooral die van pulp boeken. Die zijn soms ronduit bizar. Uit vul overwegingen zal ik proberen regelmatig een rare cover te tonen.



De atoomoorlog vind niet plaats? Dat is de titel? Klinkt een beetje als een detective die heet: Moord door de butler. Of een boeketreeksroman die heet: Thorn en Samantha trouwen aan het eind.

zondag 27 februari 2011

Oorlog en Vrede van Leonid Tolstoj


Als een boek meer dan 140 jaar lang gelezen en geprezen wordt, dan kan het niet slecht zijn. Zeker als het één van de dikste boeken ooit is. Nou staan Russische schrijvers bekend om hun boeken die net zo uitgestrekt zijn als hun land, maar toen Tolstoj bij zijn uitgever kwam met zijn manuscript (1500 pagina's in deze editie) zal deze waarschijnlijk toch wel even geslikt hebben.

De inhoud is even ambitieus als de omvang; Oorlog en Vrede gaat over de lotgevallen van een paar Russische adellijke familie en het conflict tussen Rusland en Napoleon van Austerlitz tot Nappies smadelijke aftocht uit Rusland. Daarnaast bekritiseerd hij ook, terecht, de historici van zijn tijd en hun nadruk op de handelingen van grote mannen. Hij plaatst daar zijn eigen, nogal excentrieke, visie tegenover. Maar ook al ben ik het als historicus niet met hem eens, er liggen heel wat mooie ideeën die tot deze verkeerde conclusie komen. Maar duidelijk mag zijn dat Tolstoj zeker niet verweten kan worden dat hij bescheiden was.

Deze recensie gaat niet over de vraag of Oorlog en Vrede een goed boek is. Het is het eerste moderne mega-epos, dat meer dan een simpel avonturenverhaal of familiedrama was. Hij moest zelf uitdenken hoe hij zijn historische en filosofische verhaallijnen moest inbedden in een familie-drama. Vrijwel iedere schrijver na hem die voor dezelfde taak stond is aan hem schatplichtig en velen hadden dit nooit geprobeerd als hij hen niet voorgegaan was. Dit is één van de beste boeken ooit en als je kunt leven met zijn eigenaardigheden dan is het een aanrader.

Ik wil hier slechts mijn eigen leeservaring vastleggen, zodat anderen kunnen afleiden of het wat voor hen is. (Zoals al mijn recensies; lees gerust alles van Richard Laymon of Terry Goodkind, als je dat wil, maar probeer je slechte smaak niet te verdedigen)

Ik vond het een geweldig boek, ondanks dat ik er anderhalve maand over gedaan heb om het te lezen. Tolstoj is zeer veelzijdig en is even goed in staat om een liefdesgeschiedenis als een slagveld-verslag te geven. Daarbij schrijft hij zeer grafisch over oorlog voor een negentiende eeuwer, de scène waarbij een hoofdpersoon een blik werpt in een veldhospitaal voor soldaten toont dit duidelijk aan. Ik kon de stank ruiken. Andere aspekten verraden wel weer de oudheid van de roman, maar de wat archaïsche beschrijving van het leven van de Russische adel in 1800 was niet ontbloot van charme. En gelukkig ontbrak de broeierige seksuele frustratie die in veel romans uit deze tijd sijpelde.

Jammer was dat Tolstoj er niet helemaal in geslaagd is zijn overkoepelende verhaal over de families te integreren met Napoleons veldtocht waardoor deze historische verslagen er wat los bijhangen. Als je van dit deel niet gecharmeerd bent, kun je ze, op straffe van weinig verwarring, gerust overslaan. Ook vraagt dit stuk soms meer kennis van de lezer dan de niet-Rus tweehonderd jaar later bezit en ik ben al afgestudeerd op de periode.

De vertaling is uitstekend leesbaar, mooi en oogt correct. De vele Franse passages worden echter vaak vrij slordig in de voetnoten vertaald. De strekking klopt, maar de letterlijke tekst gaat verloren. Een vertaler voor deze passages was te prefereren geweest. Kaarten en verklarende namenlijst zijn toegevoegd in een verder mooie uitgave.

dinsdag 22 februari 2011

Reality stranger than fiction

Iets wat mij altijd opvalt is dat sommige dingen die gebeuren zo vreemd zijn, dat niemand het zou pikken in een film. Gadaffi's carrière is een dergelijk absurd fenomeen en als hij niet voluit had aangetoond dat hij geen enkel probleem heeft met massamoord (noem het opblazen van een vliegtuig bij Lockerbie) zou hij bijna kolderiek zijn.

Hij redt zich al veertig jaar met stapelmesjokke acties (op tv een gevangenismuur met een bulldozer omver duwen ter amnestieverlening) en komt weg met gruwelijke misdaden die nooit achter zijn clowns-gedrag zou worden gezocht. Als film-schurk zou hij over de top zijn. Soms verdenk ik hem ervan dat dit juist de reden achter zijn bizarre gedrag is, een methode om zijn tegenstanders zand in de ogen te strooien. Maar misschien vergis ik me.

Eerst je eigen hoofdstad laten bombarderen door je luchtmacht. Waar de meest brute dictator genoegen neemt met het uit elkaar schieten van de menigte en een achteraf verborgen zuivering, verpest Gadaffi zijn kans op ballingschap op Venezuela. Of vrijwel elke andere plek op de wereld. En dan een comedy-sketch waarin hij vanuit het raam van een limo meldt dat hij het te nat vindt voor een toespraak. Blijkbaar wil hij solliciteren naar een Johan de Witt behandeling door zijn eigen volk.

Ik hoop dat hij die snel krijgt, of anderszins vertrekt, want hij is overduidelijk een knettergekke sociopaat.

dinsdag 8 februari 2011

The Foreigners door James Lovegrove


Je hebt van die boeken die op zich behoorlijk goed zijn als je ze uit hebt, maar die het je niet altijd even gemakkelijk maken om bij dat einde te komen. The Foreigners van de Brit James Lovegrove is een dergelijk boek. Jammer genoeg helpt de uitgever nog een stukje mee. De achterflap klopt weer eens een keertje niet en de bladzijden staan vol iets te kleine lettertjes. Er is echter ook heel wat goeds te melden, dus deze negatieve opening moet niet overheersen.

In het begin van de eenentwintigste eeuw leek de wereld op zijn einde te lopen. Honger, ecologische rampen en oorlogen om de laatste hulpbronnen van de planeet dreigden de mensheid de das om te doen. Tot er op een dag vreemde wezens in gouden gewaden met goudkleurige maskers door de straten van wereldsteden begonnen te lopen op zoek naar mensen die voor hen wilden zingen. Op onnaspeurbare reden leek het of de wereld weer hoop had en begon er een nieuw tijdperk van wederopbouw.

Hier zit een eerste probleem van het boek, die gouden figuren, Foreigners, zijn zwijgende figuren gehuld in mysterie. Dit enige fantastische element in het boek speelt bijna geen rol en is zo vaag en ondoordringbaar dat het paradoxaal genoeg meer frustreert dan tot de verbeelding spreekt. Sterker nog, ik denk dat het boek ook zou werken zonder dit element. Het is namelijk gewoon een thriller.

De hoofdrol wordt gespeeld door Jack Parry, een agent die barst van de schuldcomplexen en nog loopt te sippen over een verbroken relatie met een getrouwde vrouw. Daarbovenop heeft hij een grote verering voor de nieuwe vreemdelingen, die hij beschouwd als verlossers van de wereld. Hij werkt voor de politiemacht van New Venice, een toeristenoord dat zich richt op Foreigners en krijgt eerste moord sinds tijden op zijn bord. Er wordt het lijk van een Siren, een zanger gespecialiseerd in werk voor Foreigners en de kleren van een Foreigner. Dit maakt de zaak zeer delicaat omdat de politiek vreest dat de mysterieuze klanten zullen wegblijven als er geen oplossing komt in deze zaak.

Het moord-plot is het sterkste deel van het verhaal. Het is een echte procedurele thriller, met veel conflicten tussen Jack en zijn collega's, maar waarin al spoedig blijkt dat deze collega's zich terecht zorgen maken. De zaak groeit Jack namelijk echt boven het hoofd en zijn toch al gedeprimeerde inslag gaat een paar stapjes verder. Hoewel het complot uiteindelijk een beetje te zwaar leunt op de geniale schurk (ik weet dat ze een verhaal spannend maken, maar boeven die geen enkele echte misstap maken zijn niet realistisch en soms ook wat goedkoop), had ik de twist aan het einde niet zien aankomen.

Dat betekend echter niet dat ik blij was met de route om er te komen. Begrijp me niet verkeerd, Lovegrove kan goed schrijven en zijn karakters zijn goed. De sombere sfeer is een kwestie van smaak, maar ik kon die prima hebben. Nee, mijn probleem lag bij de te lange beschrijvingen van de omgeving en scènes die hun welkom overschreden. Ik raakte ook geïrriteerd door zijsporen over Foreigners, die alleen bevestigden dat er niets over hen bekend was. Gelukkig bleken een paar passages achteraf toch nog belangrijk maar dan had ik me er honderd pagina's eerder wel over geërgerd. Jammer, want voor de lezer die een degelijk karakter gedreven verhaal zoekt, is The Foreigners een trage tocht die toch wel beloont.

woensdag 26 januari 2011

Boekrecensie: The Eternal Champion door Michael Moorcock


Je hebt schrijvers, of hun uitgevers, die je een imposante roman beloven, met enorme diepgang, een ingewikkeld verhaal en uiteindelijk een nieuwe kijk op de conditione humaine. En dan krijg je een platgeslagen pulproman. Bijvoorbeeld Mario Puzo's The Godfather. Mocht op mijn lijst. Kijk alsjeblieft de film, het boek bied namelijk minder zicht op de karakters en het scherm bespaard je tenminste een genant hoofdstuk, ja een heel hoofdstuk, over de te wijde vagina van een bijfiguur.

Michael Moorcock is een omgekeerde schrijver. Hij lijkt simpele avonturen te beloven met een held die door het boek heen gevolgd wordt. Conan de barbaar of zoiets. Maar dan krijg je existentiële discussies met andere karakters, die belangrijker zijn dan het avontuur zelf. En steekt de held ingewikkelder in elkaar dan je denkt. En is het geweldig geschreven. Moorcock is de belangrijke man achter de New Wave die in de jaren 60 science-fiction los weekte van de beta-nerd tirannie van mensen als Asimov en Clarke. Wetenschappelijk verantwoord leidde niet altijd tot leuke verhalen en de sociologische SF van de New Wave was een noodzakelijke vernieuwing.

Het oeuvre van Moorcock beslaat een enorme losjes aan elkaar gelinkte cyclus: The Eternal Champion. Deze eeuwige kampioen is een archetypisch figuur die in vele identiteiten door het multiversum zwerft, los van tijd en ruimte. De vele aardes beslaan alle mogelijke werelden, die elk betwist worden door de machten van Orde en Chaos. De kampioen dient dit precaire evenwicht in zijn incarnaties te handhaven.

Jaren geleden zijn alle toenmalige Champion-romans in een 14-delige serie bundels uitgegeven, en toen las ik de eerste bundel, over de telgen van de Von Bek en hun deals met de duivel. De tweede omnibus, The Eternal Champion, gaat over een Kampioen die zich bewust wordt van zijn lot. Hij weet dat hij gedoemd is om te zwerven en om de zoveel tijd van identiteit te veranderen. En daar is hij zeer depressief over. Onderwijl vertoeft hij wel in fascinerende werelden, wat voor de lezer ook wel weer fijn is.

De drie romans lopen ver uit elkaar wat verschijningsdatum betreft, maar gelukkig weet Moorcock de wat ouderwetse stijl vast te houden. De laatste roman is overigens veruit de beste van de drie, een echte rollercoaster. De andere twee zijn goed geschreven, maar hun simpele intriges lijden onder een zekere voorspelbaarheid. Maar Moorcock is het bewijs dat een eenvoudig verhaal door een briljant schrijver nog altijd beter is dan een gecompliceerd verhaal door een matig getalenteerd artiest.

Natuurlijk, nadeel is dat je deze trilogie misschien beter kunt overslaan als je in een intellectuele bui bent. De Von Bek-romans glimmen een tikkie meer. Verder is het hoofdkarakter emo, wat misschien wat irritatie kan wekken.

Maar als je toe bent aan een pulp-roman die leest als een echt goed boek (en eigenlijk wil elke lezer dat wel), dan is Moorcock je man.

zondag 23 januari 2011

Slechte straatmuziek

Vanochtend passeerde ik de meest belabberde straatmuzikant die ik ooit gezien heb. Niet dat het vals was of constant vol fouten zat. En de maat was ook uitstekend.

Maar consequent hetzelfde akkoord blijven aanslaan is wel heel schaamteloos.

dinsdag 11 januari 2011

The heaviest band on earth! Literally!

Face Cast is een vette band. Moddervet. Ongelofelijk vet. Ze zakken door kleine podia zo vet.

Weet je wat niet vet is aan Face Cast. De muziek. En de tekst Wifebeater is zo fout. En als dit bedoeld is als mislukte ironie, dan kan ik er niets van terugvinden op hun site. Typisch zo'n geval van "maar dit is toch humor, har har?" achteraf waarmee iedereen wegkomt met een verwerpelijk nummer. Ik schaam mij altijd weer om als metal-fan met dit soort debielen geassocieerd te worden.

Dus daarom heb ik het volste recht om grappen te maken over de omvang van de bandleden, die gelukkig hier nooit zal touren omdat ze alleen op een containerschip meekunnen.

zondag 9 januari 2011

Boekrecensie: The magicians door Lev Grossman


In de loop van The magicians wordt de hoofdpersoon Quentin er door zijn vriendin op gewezen, dat hij, als enige op de hele magische school, echt gelooft in magie. Dit is een belangrijke lijn die door het hele boek loopt en in wezen een afrekening is met alle fantasy die louter escapisme is. Met dit geloof wordt natuurlijk niet de toverkunsten zelf bedoeld, die door alle personages tastbaar beoefend worden, maar het geloof van Quentin in het vermogen van magie om hemzelf gelukkig te maken. Hij ziet magie op dezelfde manier als ongelukkige mensen een nieuwe liefde zien: als de oplossing voor al hun problemen en de poort naar eeuwig geluk. En net als al die nieuwe liefdes blijkt magie schromelijk tekort te schieten in het vullen van dit gat.

Ik gaf in de openingparagraaf expres al het hoofdthema weg, omdat dit de kern van het boek vormt. Helaas geeft de achterflap het idee dat er sprake is van een volwassener Harry Potter-kloon, maar dit doet het boek pijnlijk tekort. Ja, het gaat over een jongen die toegelaten wordt tot een school waar hij het beoefenen van magie leert, maar waar Harry's magie leidt tot fantastische avonturen wordt hier aangegeven wat er met echte mensen gebeurt als ze magie kunnen beoefenen. Als ze zonder aardse zorgen met bijna goddelijke vermogens kunnen leven. Als er niets is dat moet en alles kan. Namelijk dat er geen klap veranderd en dat je waarschijnlijk beter af bent als beursanalist of ambtenaar en waarschijnlijk zelfs beter bij de Lidl achter de kassa kunt zitten. Verveling en decadentie zijn je deel en magie is eerder een soort drug om deze spoken te bestrijden dan een bron van geluk. Laat het helemaal maar uit je hoofd om avonturen te beleven in magische koninkrijken; een quest is plotseling niet leuk meer als je voor je leven vecht in een kille, vieze dungeon voor een stom prul.

The magicians zit op het zeldzame raakvlak tussen fantasy en echte literatuur, waaruit Grossman driftig literaire technieken leent. De personages zijn levensecht, met een dynamiek die langzamerhand tot destructie leidt. Quentin bedoeld het allemaal goed, maar hij heeft dezelfde neiging tot imperfect gedrag als wij allemaal bezitten. Bovendien kan hij de gevolgen niet overzien van onschuldige beslissingen. De roman is gelaagd en bij een oppervlakkige lezing ontgaat heel veel je. Ik heb zelden zoveel extra informatie gekregen uit ontdekkingen van andere lezers op internet. Uit de soms hilarische hatelijke reacties van lezers, blijkt ook dat sommigen zeer teleurgesteld waren in het gebrek aan escapisme. Aan hen is deze roman niet besteed.

Neemt niet weg dat ik niet geheel tevreden ben. Met een beetje bijschaven had dit een meesterwerk kunnen wezen, maar Grossman is te haastig met zijlijnen in het verhaal. Dit kan zeker niet in een roman die leunt op zorgvuldige constructie. Ook krijg ik een klein beetje de indruk dat hij halverwege het boek aan een vervolg dacht en toen pas in die richting ging schrijven. Neemt niet weg dat je als regelmatige lezer in het fantastische genre, je geconfronteerd wordt met hoe je zelf fantasy leest. Hoewel je misschien bepaalde keuzes van de auteur niet kan waarderen is dit één van de meer belangrijke fantasy-boeken, die je eigenlijk niet meer kan missen.